Info en controle over de ziekte van Anthracnose - Welke planten krijgen anthracnose
Je kent het misschien als blad-, scheut- of takjesziekte. Het heeft invloed op een verscheidenheid aan struiken, bomen en andere planten. Het bestrijden van anthracnose kan een frustrerend proces zijn, waardoor tuiniers vragen: 'Hoe behandel je anthracnose effectief?' Meer weten over welke planten anthracnose krijgen en hoe dit te voorkomen, kan een lange weg banen in een succesvolle bestrijding van anthracnose.
Info over de ziekte van Anthracnose
Anthracnose is een schimmelziekte die de neiging heeft om planten in de lente aan te vallen als het weer koel en nat is, voornamelijk op bladeren en twijgen. De schimmels overwinteren in dode twijgen en gevallen bladeren. Koel, regenachtig weer zorgt voor perfecte omstandigheden voor de verspreiding van de sporen. Droog en warm weer stoppen de progressie van de ziekte die opnieuw kan beginnen zodra de weersomstandigheden optimaal worden. Het probleem kan cyclisch zijn, maar is zelden dodelijk.
Anthracnose-schimmel infecteert veel bladverliezende en groenblijvende bomen en struiken, evenals fruit, groenten en gras. Anthracnose is te zien langs de bladeren en de aderen als kleine laesies. Deze donkere, verzonken laesies komen ook voor op stengels, bloemen en fruit.
Om onderscheid te maken tussen anthracnose en andere bladvlekkenziektes, moet u de onderkant van bladeren zorgvuldig onderzoeken op een aantal kleine bruine tot bruine stippen, ongeveer zo groot als een speldenknop. Als u twijfelt over het diagnosticeren van anthracnose, neem dan contact op met uw plaatselijke Cooperative Extension-kantoor voor hulp en aanvullende informatie over de ziekte van Anthracnose.
Welke planten krijgen anthracnose?
Een grote verscheidenheid aan planten kan worden aangetast door anthracnose-schimmel, inclusief planten die buiten een kas worden gekweekt, zoals houtachtige sierplanten en tropische bladplanten.
Potplanten en kasgewassen zoals cyclaam, ficus, lupine, palmen, vetplanten en yucca's worden soms aangetast.
Bomen en struiken die vatbaar zijn voor anthracnose zijn esdoorn, camelia, walnoot, as, azalea, eik en plataan.
Hoe behandel je anthracnose?
Beheersing van anthracnose begint met het beoefenen van goede sanitaire voorzieningen. Het oppakken en weggooien van alle zieke plantendelen, inclusief takjes en bladeren, van de grond of van rond de plant is belangrijk. Dit voorkomt dat de schimmel in de buurt van de plant overwintert.
Goede snoeitechnieken om bomen en planten van oud en dood hout te verwijderen, helpen ook bij het voorkomen van anthracnose-schimmel.
Door planten gezond te houden door te zorgen voor voldoende licht, water en kunstmest, wordt het vermogen van de plant om een schimmelaanval af te weren versterkt. Gestresste bomen en planten kunnen moeilijk herstellen van anthracnose-schimmel.
Chemische behandeling wordt zelden gebruikt, behalve wanneer de ziekte nieuw getransplanteerde planten of voortdurende ontbladering betreft.
Laat Een Reactie Achter