Bodemmicroben en klimaat: leer over aanpassing van bodemmicroben
Soilmicroben vormen een belangrijk onderdeel van het bodemsysteem en zijn overal aanwezig en gevarieerd in alle bodems. Deze zijn mogelijk uniek voor het gebied waar ze worden gevonden en passen zich daar aan veranderende omstandigheden aan. Maar passen bodemmicroben zich aan verschillende regio's aan?
Bodem microbe aanpassing
Een groep microben, Rhizobiaare genoemd, behoort tot de belangrijkste in de bodem van de natuur en ook in landbouwsystemen. Deze zijn in sommige situaties aan te passen aan verschillende regio's. Deze vorm symbiotische relaties met een verscheidenheid aan planten, vooral die gecategoriseerd als peulvruchten. Rhizobia helpt deze planten, zoals erwten en bonen, om de noodzakelijke voedingsstoffen te krijgen.
Vooral stikstof, in dit geval hebben de meeste planten deze voedingsstof nodig om te overleven en te groeien. In ruil daarvoor gaat Rhizobia naar huis. Bij het telen van bonen of andere peulvruchten “voedt” de plant de Rhizobiacarbohydrates, een extra aspect van de symbiotische relatie.
Microben vormen zich binnen het wortelstelsel. Ze worden klonterige structuren, knobbeltjes genoemd. Microben presteren op deze manier in alle klimaten en regio's. Als microben naar een andere regio worden verplaatst, kan het proces doorgaan of kan de Rhizobia inactief worden. Als zodanig variëren klimaataanpassingen van bodemmicroben tussen situaties en locaties.
Wanneer Rhizobia actief is, is hun primaire functie om stikstof uit de lucht te halen en om te zetten in een voedingsstof in de grond die planten kunnen gebruiken, zoals leden van de peulvruchtenfamilie. Het eindresultaat wordt stikstoffixatie genoemd.
Dit is de reden waarom het telen van gewassen zoals sperziebonen en erwten weinig tot geen extra stikstofmest nodig heeft. Toomuch-stikstof kan een blos van prachtig blad creëren, maar de bloei beperken of stoppen. Een begeleidende plant met gewassen uit de peulvruchtenfamilie is nuttig, omdat het helpt bij het gebruik van stikstof.
Stammen van bodemmicroben en klimaat
Groeperingen van microben en Rhizobia zijn niet altijd aanpasbaar binnen een beperkt gebied. Stammen worden geïdentificeerd als gelijkaardige microben die vergelijkbare genetica delen. Wetenschappers ontdekten dat stammen uit hetzelfde kleine land verschilden in de manier waarop ze zich aanpasten aan verschillende klimaten.
Het korte antwoord is dat sommige klimaataanpassingen van bodemmicroben mogelijk zijn, maar niet waarschijnlijk. In verschillende klimaten hebben microben meer kans om in rust te gaan.
Laat Een Reactie Achter